Haruki Murakami levert met ‘Mannen zonder Vrouwen‘ 7 nieuwe korte verhalen, over mannen zonder vrouwen. Hele gewone mannen eigenlijk, nauwelijks een eigen verhaal waard zou je wellicht denken. Maar er ligt, zoals altijd bij Murakami, meer onder de oppervlakte dan je in eerste instantie zou denken.
Ik kreeg de drukproef al een tijdje geleden als een actie van de uitgeverij om voor de officiële verschijning een recensie te kunnen schrijven. Dat is nog best lastig als niet professionele recensie schrijver.
Ik heb veel boeken van Murakami gelezen. De trilogie 1q84 is, denk ik, wel een van mijn favoriete, maar ook Hard-Boiled Wonderland and the End of the World vond ik fantastisch. Ik lees zijn boeken in het Engels en in het Nederlands. En sommige las ik meerdere malen.
Eigenlijk weet ik niet of ik een echte favoriet heb, dat doet er eigenlijk ook niet zo toe.
Bij het verschijnen van ‘De Kleurloze Tsukuri Tazaki en zijn Pelgrimsjaren‘ was er een leesavond op de uitgeverij in Amsterdam en sindsdien sta ik ook op hun nieuwsbrief lijstje. (Ik kan niet geloven dat dit alweer 2 jaar geleden verscheen in januari 2014). Een paar weken geleden deed een van hun medewerkers het aanbod om de drukproef te kunnen lezen voordat het in boekvorm zou verschijnen.
Ik stuurde meteen bovenstaande foto om mij te kwalificeren voor een van de 10 exemplaren en een dag of twee later kreeg ik de bevestiging dat ik een stapel A4tjes kon verwachten.
Ik wist eigenlijk niet wat me te wachten stond, maar ik vond het wel bijzonder om dat mee te kunnen maken. Toen de envelop van de uitgeverij op de deurmat plofte begon ik ook snel te lezen.
Ik heb er nu 4 van de 7 gelezen en ik bedacht me dat ik maar eens wat tekst aan het digitale papier moest gaan toevertrouwen. Want dat is de deal met de uitgeverij. Ik mocht de drukproef lezen als ik ook een recensie zou schrijven van de verschillende verhalen. En ik moet eerlijk toegeven dat dat nog niet meevalt. Maar ik ben dan ook geen professionele recensent dus misschien moet ik me niet zo druk maken.
Ik kan als fan van Murakami wel zeggen dat het onmiskenbaar verhalen van Murakami zijn. Voor diegene die niet met de schrijver bekend zijn is het moeilijk uit te leggen wat het precies is dat me zo aantrekt in zijn schrijven. Ik denk wel dat het een schrijver is die je als lezer pakt of niet. Volgens mij is er geen tussenweg. Ik ben in ieder geval enorme fan omdat ik zijn verhalen fantasievol vind zonder dat ze fantastisch worden. Er zitten in zijn verhalen wel fantastische elementen ( een kat die praat, of een schaap) maar op de een of andere manier vind ik ze altijd geloofwaardig.
Zo ook een beetje met de verhalen uit deze nieuwe bundel die in maart bij de Uitgeverij Atlas verschijnt. Ik begon ze te lezen en ik probeerde vast te leggen wat ze nu wel of niet bijzonder maakt.
In het eerste verhaal maken we kennis met een acteur die omdat hij een ongeluk heeft veroorzaakt een tijdje niet mag autorijden. Hij neemt een vrouwelijke privé chauffeur zodat hij tijdens het rijden zijn teksten kan oefenen. Kafuku is alleen sinds zijn vrouw is overleden. Hij heeft nooit naar andere vrouwen omgekeken, maar zijn echtgenote wel. 4 keer om precies te zijn.
Kafuku is acteur geworden om zoals hij zelf zegt; “Iemand te worden die je zelf niet bent. En als je klaar bent ga je weer naar je oorspronkelijke zelf terug. ” Op dat moment vraagt Misaki hem of hij misschien ooit gedacht heeft om niet terug te willen. Dat riep bij mij meteen een gevoel op van mogelijke parallelle werelden die Murakami wel vaker gebruikt in zijn verhalen. En hoewel dat in dit eerste verhaal verder niet speelt is dit wel een van de zinnen die van belang is voor de rest van het verhaal. Want 5 pagina’s verder in het verhaal horen we dat helemaal precies terug naar je oorspronkelijk zelf kun je niet nadat je een rol hebt aangenomen.
En dat is precies wat Kafuku moet doen, een rol aannemen wanneer hij vriendschap sluit met een van de voormalige minnaars van zijn overleden vrouw. Het zijn dit soort fantasievolle verbindingen die Murakami in zijn verhalen legt die me iedere keer weer zo verbazen. De verschillende wendingen die hij weet aan te brengen in redelijk compacte korte verhalen waardoor je op het verkeerde been wordt gezet voordat het einde in zicht is. Een van de grote krachten van de auteur, als je het mij vraagt.
Het is dit spelen met tijd en plaats en ruimte dat ook een van de belangrijkste componenten en verhaallijnen vormt in de trilogie 1q84 bijvoorbeeld.
“Het even uit jezelf weggaan en dan weer tot jezelf terugkeren” noemt Kafuku dat in het verhaal. En dat is in zekere zin ook wat Murakami met je doet in zijn verhalen. Hij laat je even weggaan uit jezelf om je weer tot jezelf te laten terugkeren.
“Maar de plaats waar je naar terugkeert is niet exact dezelfde als waarvan je bent vertrokken.” Dat geldt niet alleen voor toneelspelen of boeken lezen, maar ook voor de liefde, niet voor niets een van de grote thema’s van deze schrijver.